Alles had immers moeten wijken voor het "masterplan" van Rem Koolhaas, wiens
visitekaartje, het gebouw Byzantium, vele stadgenoten een doorn in het oog blijft. De door de
gemeenteraad aangenomen Nota van Uitgangspunten, de studies van DRO over de aanpak van de IJ-oever, de
historisch-ruimtelijke analyse van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg, dat alles was van de tafel
geblazen door het verbale geweld van Koolhaas. En toen dat in kannen en kruiken leek, kwamen de
koele rekenmeesters van de bank, die als zwaargewicht-deelnemers in de AWF nauw betrokken
waren geweest bij de opdracht aan Koolhaas, met de mededeling: de berekeningen kloppen niet, dat gaat
ons geen rendement maar verlies opleveren, wij doen niet meer mee. Het bericht kwam in de krant,
enkele dagen vóórdat een gemeentelijke deputatie onder leiding van de burgemeester naar Den Haag
zou gaan om extra miljarden los te praten voor de openbaar vervoer-voorzieningen die voor het
plan-Koolhaas nodig zijn. Over dat "voortijdig uitlekken" van het onheilsbericht ontstond natuurlijk deining.
Maar wat had men dan gewild? Geheimhouden en de ministers wijs maken dat de investering van de
particuliere zijde in orde was?
"Uithuilen en opnieuw beginnen" was de titel van een van de beroemde oudejaarsconférences van
Wim Kan. Opnieuw beginnen is nodig, maar uithuilen? Laten we er geen doekjes om winden dat het
leeglopen van de AWF-luchtballon voor velen in Amsterdam zoiets is als het ontwaken uit een
benauwende nachtmerrie, een enorme zucht van verlichting, een luid "oef!"; het hoeft niet meer, er komt
géén Hong Kong aan het IJ. Kubieke meters rapporten kunnen in de archieven worden geborgen. Dat is
jammer van het vergeefse werk, maar geen ramp. Er zijn politieke prestiges beschadigd, óók jammer voor
de betrokkenen, maar geen ramp voor de stad. Er is gezegd dat nu, bij het ontbreken van een totaal-plan
voor de ontwikkeling langs de zuidelijke IJ-oever, het gevaar dreigt van incidentele
hoogbouwprojecten op verkeerde plaatsen. Dat is onzin, want het gemeentebestuur is nog altijd de bevoegde instantie
om bestemmingsplannen vast te stellen en bouwvergunningen te verlenen, en kan daarmee de
ontwikkeling in de hand houden. Bij "incidenten" als Okura, de Larmag-toren en de Nederlandsche Bank
heeft de gemeente haar bevoegdheden niet krachtig genoeg gehanteerd.
Bij de IJ-oevergeschiedenis van de laatste jaren speelde in toenemende mate een factor mee die
bepaald niet bevorderlijk is voor een weloverwogen stedebouwkundige ontwikkeling. Dat was een
krampachtige, met alle middelen van p.r. en publiciteit opgezweepte nu-of-nooit sfeer rondom de
"grote aanpak". Welke instantie of instelling ook zoekende was naar een andere, ruimere
vestigingsplaats, het Stadhuis had maar één antwoord: natuurlijk aan de IJ-oever, daar komt zoveel
vloeroppervlak als u wenst. Wethouder Jonker die zich liet ontvallen dat de zuid-as misschien toch aantrekkelijker
zou zijn voor de vestiging van nieuwe kantoren, werd krachtig teruggefloten, zoiets mocht niet gezegd worden, terwijl
iedereen weet dat het wel zo is. Nieuwe culturele voorzieningen, een enorm winkelcentrum, kantoren, woningen voor hoge inkomens,
alles moest naar de IJ-oever. Dat zou de binnenstad van verpaupering redden. Niet dat er geen
waarschuwende geluiden klonken. De grootwinkelbedrijven toonden geen enkel enthousiasme, en wat is een
winkelcentrum zonder de warenhuizen? Het nieuwe hoofdkantoor van ABN-Amro komt aan de
ringweg bij het station-RAI. In ons vorige nummer werden vier oud-wethouders geciteerd die er anders
over dachten dan de huidige wethouder Saris die het heil van Amsterdam verwachtte van het
verhoopte bouwgeweld langs het IJ. Er is een knipselkrant te vullen met beschouwingen van deskundige
heren die pleiten voor: voorzichtig aan, niet alles tegelijk, rustig overwegen, in de schaal van de
bestaande stad blijven. Dat klinkt dan als gezapig gezeur in de oren van de in hun eigen idee verdiepte
plannenmakers, maar het kan soms wél dichter bij de realiteit staan. Nu kunnen we nog uitkijken over
het open water van het IJ. Laat dat nog maar een tijdje zo blijven!
Geurt Brinkgreve
(Uit: Binnenstad 139, april 1993)
Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.
Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.
Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.