40 jaar samenwerken met mijn vader

Opening van het Huis De Pinto op 22 augustus 1975 door prinses Beatrix
(foto Maarten Brinkgreve)
Woensdag 23 maart kwam de hartstilstand waaraan Geurt overleed, in zijn geliefde Arti, in het gezelschap van zijn echtgenote, zijn dochter Clara en haar vriend Lodewijk. Tien minuten later was ik er ook. Toen Geurt door de mensen van de ambulance naar buiten werd gedragen riep een van de aanwezigen in de sociëteitszaal “Hij was een held”.

Voor mij was je vooral de vader waar ik bijna 40 jaar mee heb samengewerkt. Het begon met een enkele foto bij een van je artikelen in het blad van de Bond Heemschut. Met het eerste nummer van De Lamp van Diogenes, later Binnenstad, in juni 1967 werd de samenwerking regelmatig. Voor nummer 210, jrg. 39, wat jouw laatste nummer werd bespraken we als vanouds de keuze van de foto’s. In die 40 jaar hebben we veel gepraat en overlegd, we hebben veel samen gedaan, je hebt me betrokken bij je werk. Werk wat erg belangrijk voor je was, soms was dat werk wel overheersend, maar door die samenwerking hebben we ook een sterke band opgebouwd.
De restauratie en herbouw van het Claes Claesz. Hofje heb ik fotografisch gevolgd en tevens de restauratie van allerlei kleinere projecten. Bij de ‘Actie Jordaad’ waarmee de Jordaan haar eigen karakter heeft kunnen behouden was hij een van de initiatiefnemers, ik heb een deel van de foto's voor een ondersteunende tentoonstelling gemaakt.
Bij een van de weinige projecten die niet gelukt is, het tijdschrift Urbes Nostrae was ik ook nauw betrokken.
Daarna kwam een van zijn belangrijkste restauraties, die van het de Pinto Huis, waarmee hij de Nieuwmarkt heeft gered, gevolgd door het West Indisch Huis en het Bethaniënklooster. Tussen al deze grote bouwprojecten door werkte hij ook als beeldhouwer-medailleur, zijn oorspronkelijke beroep, hij maakte portretkoppen en penningen. Het contrast tussen de hectiek en de strijd van de restauratieprojecten en de rust en de stilte van het werk in zijn atelier was enorm, beide vond hij heerlijk. Ik maakte de portretfoto’s die hij voor het maken van zijn koppen en penningen nodig had, ook bij dat deel van zijn werk was ik betrokken.
De golf van waardering en de betrokkenheid van zovelen na zijn overlijden deed me opnieuw realiseren wat een levenswerk hij nalaat, hoeveel mensen hij heeft geïnspireerd.
Voor mij is hij vooral de zeer dierbare vader waar ik 40 jaar heel goed mee heb samengewerkt.

Maarten Brinkgreve

(Uit: Binnenstad 211, mei 2005)

Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.

Reacties

Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.

Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.