Boekbespreking

Het aanzien van Amsterdam - Panorama's, plattegronden en profielen uit de Gouden Eeuw

Men zegt wel dat na Rome en Venetië geen Europese stad zo vaak in beeld is gebracht als Amsterdam. Als het gaat om portretten van de stad als geheel – plattegronden, panorama’s en profielen – zou Amsterdam zelfs de nummer één kunnen zijn. Vele voorbeelden van dergelijke stadsportretten zijn te zien op de spectaculaire openingstentoonstelling van het Stadsarchief in gebouw De Bazel in de Vijzelstraat. Gelijktijdig met de opening van de tentoonstelling verscheen een boek waarin naast vier essays voor het eerst alle belangrijke plattegronden, panorama’s en profielen van Amsterdam van 1540 tot 1740 in kleur worden afgebeeld. Het kloeke boek is een ‘must’ voor elke Amsterdamliefhebber: het is fraai uitgegeven met grote platen, een twintigtal zelfs uitklapbaar, zodat alle details goed bekeken kunnen worden.
Gezicht op Amsterdam vanaf de Amsteldijk van Jacob van Ruisdael uit circa 1680.

Naast hoogtepunten uit de eigen verzameling van het Stadsarchief treffen we op de expositie en dus ook in het boek enkele topstukken uit het buitenland aan, zoals het prachtige schilderij Schepen op het IJ met profiel van de stad van Ludolf Bakhuizen uit 1666 uit het Louvre en de curieuze meterslange tekening Gezicht op Amsterdam vanaf het IJ van Pier Maria Baldi uit circa 1670, gemaakt naar aanleiding van het bezoek van Cosimo de’ Medici aan Amsterdam en afkomstig uit de beroemde Biblioteca Medicea Laurenziana in Florence. Op het schilderij van Bakhuizen is een Hollandse lucht te zien met zware wolken, waardoor Amsterdam gedeeltelijk in de schaduw is afgebeeld. Het nieuwe stadhuis van Jacob van Campen, hoog uittorenend boven de omringende bebouwing, staat echter te schitteren in de volle zon. Dit schilderij was een geschenk van Amsterdam aan Lodewijk XIV en om die reden is het zeker geen toeval dat de stad op het IJ wordt verdedigd door een zwaar bewapend oorlogsschip. Een ander topstuk is het pas in de verzameling Philips 'ontdekte' Gezicht op Amsterdam vanaf de Amsteldijk van Jacob van Ruisdael uit circa 1680, een schilderij dat het Amsterdams Historisch Museum hoopt aan te kopen. Op dit prachtige werk – fraaier dan een tweede versie die in Cambridge wordt bewaard – is de stad nu eens niet vanaf het IJ, maar vanaf de Amstel in beeld gebracht. Ook hier licht de stad op onder een wolkenlucht die driekwart van het hele schilderij in beslag neemt. Ditmaal is het echter niet het stadhuis dat in de zon staat te schitteren, maar een blok grachtenhuizen aan de Amstel op het eiland Vlooienburg, waar tegenwoordig het nieuwe Stadhuis/Muziektheater staat. De afzonderlijke grachtenhuizen zijn onder één architectuur gebracht, alsof er sprake is van een paleis. Tot voorkort werd gedacht dat hier het Amstelhof was afgebeeld, maar dat bestond toen nog niet. Er wordt in het boek gespeculeerd dat Ruisdaels’ opdrachtgever misschien gezocht kan worden onder de welvarende bewoners van dit imposante huizenblok waarvan helaas niets anders is overgebleven dan een aantal afbeeldingen.
Boudewijn Bakker analyseert in het boek de stadsportretten als een op zichzelf staand genre in de beeldende kunst op het grensvlak van schilderkunst en cartografie. Net als bij een portret van een persoon moest het stadsportret zowel gelijken als esthetisch aantrekkelijk zijn. Het nadeel van een natuurlijk panorama of van een vogelvluchtgezicht is echter dat men geen helder beeld van de werkelijke afstanden krijgt, doordat de zichtlijnen naar de horizon convergeren. De vogelvluchtplattegrond zoals Cornelis Anthonisz. die voor het eerst toepaste met zijn houtsnedeportret van Amsterdam uit 1544 had dat bezwaar niet: het is een zuivere tweedimensionale plattegrond waarbij de gebouwen in opstand zijn getekend. Deze methode werd daarna veel nagevolgd: tot in de negentiende eeuw zijn er veel van dergelijke plattegronden van Amsterdam gemaakt. De moderne toeristenkaart met de belangrijkste gebouwen in opstand is hiervan een moderne variant.
De andere manier om een stad te portretteren is het stadsprofiel. Het nadeel daarvan is dat het slechts één kant van de stad toont. Men kiest dan ook vaak een hoog gezichtspunt om zoveel mogelijk van de stad te laten zien. We kijken bijvoorbeeld over de schepen in het IJ de stad in. In Amsterdam had een tekenaar daarbij het voordeel dat de stad als een halve maan om de haven lag, waardoor hij vanuit één punt de gehele IJ-oever op ongeveer gelijke afstand kon overzien. Het laatste essay, van Boudewijn Bakker, waarin wordt onderzocht waarom de stadsportretten werden gemaakt, is voortreffelijk. Hieruit blijkt dat de kaarten en profielen van de stad een vorm van propaganda waren: ze zongen de lof van de stad. Ze hingen in openbare gebouwen maar ook als decoratie aan de wanden van de huizen van voorname burgers. Aan deze portretten werden vaak allerlei versieringen, allegorische voorstellingen, gedichten en beschrijvingen toegevoegd die de stad, haar bestuurders en opdrachtgevers bejubelden. Bij de Allegorie op de uitbreiding van de stad Amsterdam van Nicolaes Berchem is hoofd- en bijzaak omgedraaid: de allegorie neemt het hele schilderij in beslag, terwijl de stadsplattegrond op de schoot van de Amsterdamse stedemaagd ligt.
Op subtiele wijze worden vergelijkingen gemaakt met de zusterstad Venetië. Het is geen toeval dat de stadsprofielen van Venetië en Amsterdam gemaakt door Willem Jansz. Blaeu zoveel op elkaar lijken: Amsterdam en Venetië zijn allebei steden aan het water, hebben een haven vol handelsschepen en een silhouet gedomineerd door hoge ranke torens. Daar waar in het profiel van Venetië het San Marcoplein ligt met de Campanile, bevindt zich in Amsterdamse het Damrak met de Oudekerkstoren. Amsterdam wilde zich spiegelen aan de handelsstad Venetië, de concurrent die in de Gouden Eeuw definitief overvleugeld zou worden. We begrijpen des te beter waarom de Amsterdammers het in de negentiende eeuw zo’n verschrikkelijke ramp vonden dat het Centraal Station de stad van haar weergaloze aangezicht beroofde.

Walther Schoonenberg

Boudewijn Bakker en Eric Schmitz (red.), Het aanzien van Amsterdam – Panorama’s, plattegronden en profielen uit de Gouden Eeuw, Bussum 2007. Gebonden, 25 x 34 cm, 304 pagina’s, prijs: € 44,90

(Uit: Binnenstad 225, december 2007)

Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.

Reacties

Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.

Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.