Het Blaeu Erf vernieuwd (tweede fase)

Op 17 januari 1985 werd het grootste restauratieobject van Stadsherstel, te weten het Blaeu Erf aan de Nieuwezijds Voorburgwal, geopend door minister Brinkman. Het gehele complex omvat een twintigtal panden, die gelegen zijn aan de Nieuwezijds Voorburgwal, de Sint Nicolaasstraat en de Sint Geertruidensteeg. Gezien de omvang van het gehele project werd besloten om de restauratie te splitsen in twee fasen.
De NZ Voorburgwal is gedempt in 1884. Op deze foto is de gracht nog te zien, evenals de oude bebouwing. In 1980 was van de oude bebouwing weinig meer over. Het hoekpand is zelfs geheel verdwenen.

Een verslag van het gereedkomen van de eerste fase hebt u kunnen lezen in De Lamp 75/76 (september 1982), zodat ik mij nu zal beperken tot een verslag van de tweede fase. Deze fase omvatte de panden Nieuwezijds Voorburgwal 87 t/m 95, Sint Nicolaasstraat 46 t/m 58 en Sint Geertruidensteeg 15 t/m 18.
Gedurende de eerste fase van de restauratie vond in dit gedeelte diepgaand bouwkundig onderzoek plaats. Daarbij werd pand voor pand bekeken, of de bouwkundige staat zodanig was, dat de restauratie nog zin had, of dat tot demontage en herbouw moest worden besloten. Funderingsonderzoek leidde tot een negatief oordeel van Bouw- en Woningtoezicht: de gehele fundering moest worden vernieuwd. Aangezien sinds de brand van 1974 een groot aantal panden zonder kap de seizoenen moest trotseren, was door het voortdurend inwateren zwamvorming ontstaan in het gehele complex. Dit leidde ertoe dat het grootste deel van het complex moest worden gedemonteerd en dat bij zwamvorming alle houten onderdelen moesten worden vernieuwd en het overgebleven metselwerk moest worden schoongebrand. Aangezien de kosten daarvan hoger waren dan die van nieuwbouw, werd tot demontage besloten. Daarbij werd een uitzondering gemaakt voor het pakhuis Nieuwezijds Voorburgwal 87 en de beide panden aan de Sint Nicolaasstraat 50 en 52. Deze konden behouden blijven. Aangezien demontage van de voorgevel (aan de Nieuwezijds Voorburgwal) niet noodzakelijk was, werd besloten deze te handhaven. Hierdoor ontstond na de demontage het spectaculaire plaatje dat vele kranten haalde: een zicht op de binnenkant van de voorgevels. De problemen om ze zodanig te handhaven dat ze tijdens het ontgraven van en voor de kelders niet naar binnen zouden schieten, waren niet gering.

Alleen de voorgevels bleven staan.

Behalve dat spectaculaire gezicht viel bij buitenstaanders al gauw het woord geveltjes-architectuur of schillenrestauratie. Daarbij wordt de vraag gesteld, of men nog wel van restauratie kan spreken als alleen de voorgevels behouden blijven, terwijl daarachter nieuwe huizen worden gebouwd. Uiteraard is die discussie ook hier ter plekke gevoerd, waarbij nog meerdere aspecten werden betrokken. De motieven die tot herbouw van de eerste fase leidden zijn eerder beschreven, zodat ik in dit geval daarnaar kan verwijzen, aangezien dezelfde argumenten ook voor de tweede fase werden gebruikt. De nadruk die bij de eerste fase werd gelegd op het behoud van de historische structuur van de parcellering en de diversiteit van de gevelwand is bij de discussie over de tweede fase doorslaggevend geweest voor het behoud van de gevels. Nu de restauratie gereed is gekomen, is juist de diversiteit van de gevels nog geaccentueerd door verschillende kleuren wit van de ramen en de kozijnen, hetgeen dit complex zo aantrekkelijk maakt.

Nieuwbouw

In een ander geval echter, bij Sint Nicolaasstraat 46 en 48 waar de historische bebouwing reeds lang geleden verdwenen was, werd besloten tot nieuwbouw: de eerste in de geschiedenis van Stadsherstel. Ook bij Stadsherstel ontstond het besef dat diversiteit van de gevelrij niet beperkt mag blijven tot de 17de, de 18de of de 19de eeuw. De bebouwing is, ook in een historisch waardevolle binnenstad, altijd in beweging. Eeuwenlang reeds zijn huizen gewijzigd: aangepast aan nieuwe modetrends en bestemmingen, soms opgeknapt, soms totaal vernieuwd. Daardoor ontstond een boeiend geheel dat zich laat lezen als een menselijk document. Door ieder verdwenen gebouw te reconstrueren ontstaat er een gat in deze ontwikkeling. Vandaar dat er steeds opnieuw moet worden afgewogen, of reconstructie dan wel nieuwbouw dient te worden toegepast, waarbij in de laatste jaren duidelijk een accentverschuiving valt waar te nemen in de richting van moderne nieuwbouw. In de nieuwbouw aan de Sint Nicolaasstraat zijn zes H.A.T-eenheden ondergebracht, terwijl er in de overige panden aan de Sint Nicolaasstraat nog 24 H.A.T.-eenheden werden geprojecteerd. Deze eenheden werden grotendeels toegewezen door de Dienst Herhuisvesting. Hierdoor is de mogelijkheid ontstaan om in een gerestaureerd monument te wonen voor zo'n ƒ 200 per maand! Daarnaast komen er in de panden aan de Nieuwezijds Voorburgwal nog 16 appartementen in de vrije sector, terwijl er in het gehele project 11 bedrijfsruimten, zoals cafés en winkels, worden ondergebracht. Met het gereedkomen van dit complex is duidelijk geworden dat Stadsherstel meer doet dan hier en daar incidenteel een pandje restaureren! Hier is een verpauperd stadsdeel nieuw leven ingeblazen, hetgeen samen met de overige bouwactiviteiten aan de Nieuwezijds Voorburgwal hopelijk zal leiden tot een regeneratie van deze omgeving.

Jaap van der Veen

(Uit: De Lamp van Diogenes 90, febr. 1985)

Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.

Reacties

Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.

Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.