Aan het college van Burgemeester
en wethouders van Amsterdam
p/a Dienst Binnenstad
Postbus 202
1000 AE Amsterdam
Geacht college,
Van 1 tot en met 14 november ligt een bouwaanvrage voor het perceel Haarlemmerdijk 178-D ter
inzage. Namens de Vereniging Vrienden van de Amsterdamse Binnenstad meld ik u dat een deel van
het plan naar ons oordeel niet voor uitvoering in aanmerking komt. Een machtiging van de vereniging
voeg ik bij.
Het plan voorziet onder meer in het maken van een dakterras met een hoge toegang, gecombineerd
met een bergkast.
Tegen het dakterras hebben wij, onder enig voorbehoud, in deze situatie geen onoverkomelijke
bezwaren, maar naar onze mening dient voor de toegang en de bergkast een andere oplossing te
worden gekozen. De nu gekozen vorm tast het daksilhouet aan, terwijl daarvoor geen enkele klemmende
reden is.
De toegang kan, zoals al op vele plaatsen is gebleken, uitgevoerd worden als een kajuitluik. Als er
een berging op het dak nodig is zou die heel goed de vorm van een bergkist in het verlengde van het
kajuitluik kunnen krijgen en met eenzelfde hoogte. Dan ontstaat een veel rustiger beeld. Alleen met
een dergelijke beperking van de hoogte lijkt ons een dakterras in deze situatie denkbaar. Wij maken
daarbij overigens, zoals gezegd, nog enig voorbehoud omdat wij de situatie aan de achterzijde niet
kunnen beoordelen.
De nu voorgestelde dakopbouw is naar onze mening in ieder geval niet toelaatbaar.
Hoogachtend,
namens de Vrienden van de Amsterdamse Binnenstad,
J. Pinkse.
Amsterdam, 2 november 2001