Aan het college van Burgemeester
en wethouders van Amsterdam
p/a Dienst Binnenstad
Postbus 202
1000 AE Amsterdam
Betreft: Het Keizerrijk en Spuistraat 189
Geacht college,
Van 18 tot en met 31 januari ligt een bouwaanvrage voor de openbare weg Keizerrijk en het pand
Spuistraat 189 ter inzage. Namens de Vereniging Vrienden van de Amsterdamse Binnenstad deel ik
u mede dat wij tegen het afsluiten van het Keizerrijk bezwaren hebben. Een machtiging van de
vereniging voeg ik bij.
Het voorstel behelst het aanpassen van de ingang van het pand Spuistraat 189 en het afsluiten van
het Keizerrijk. Bij de stukken zit ook een tekening van een afsluiting aan de zijde van de Nieuwezijds
Voorburgwal. Het is niet duidelijk of die in deze aanvrage is betrokken. Vanzelfsprekend hebben wij
ook tegen die afsluiting bezwaar.
De aanpassing van Spuistraat 189 is vanuit het door ons verdedigde belang niet bezwaarlijk. Wij
kunnen ons echter nauwelijks voorstellen dat die aanpassing in deze vorm op praktische gronden en
uit veiligheidsoverwegingen aanvaardbaar is. Dat laten wij echter graag aan uw medewerkers over.
De afsluiting van het Keizerrijk is naar ons oordeel in strijd met het beleid gericht op het handhaven
van de historische structuur van de Amsterdamse binnenstad. De achtergrond van het voornemen is
voldoende bekend: problemen met het handhaven van de sociale veiligheid en de andere kwaliteiten
van de openbare ruimte. Hoewel wij die problemen niet kunnen en willen ontkennen wordt onzes
inziens de oplossing in de verkeerde richting gezocht. De nu gekozen oplossing tast de historische
structuur aan en vermindert de doordringbaarheid van de binnenstad, een van haar wezenlijke
kenmerken. Deze vorm van privatisering vormt bovendien bijna onvermijdelijk de inleiding tot een
volledige bebouwing van weer een stukje openbare ruimte.
De vervuilingsproblemen en de eventuele drugsproblemen worden bovendien door afsluiting van de
steeg niet opgelost maar alleen verplaatst, zoals inmiddels meer dan duidelijk zal zijn.
Intussen is de situatie ter plaatse zeer onbevredigend. Er zal daarom om korte termijn verbetering
moeten komen door maatregelen als verhoging van het verlichtingsniveau, intensief schoonhouden
van de steeg en een geïntensiveerd toezicht. Op langere termijn moet worden geprobeerd de
aanliggende percelen weer meer via het Keizerrijk te ontsluiten en in ieder geval zicht te geven op de
steeg. Wanneer in dat kader een einde kan komen aan het zeer ontsierende gebruik van de
noordelijke bebouwing van de Wijde Steeg als parkeergarage wordt er dubbel winst geboekt. Nu vormt de
geblindeerde achtergevel van die bebouwing een aanzienlijk deel van de zuidwand van het Keizerrijk.
Het zal duidelijk zijn dat onze vereniging grote problemen heeft met het afsluiten van het Keizerrijk
en u dringend adviseert daaraan geen medewerking te verlenen.
Mocht u onverhoopt van oordeel zijn dat aan de afsluiting wel medewerking moet worden verleend
dan pleiten wij er voor om de onttrekking van het Keizerrijk aan het openbaar verkeer in ieder geval
van tijdelijke aard te laten zijn en voor uzelf nadrukkelijk de mogelijkheid open te houden die
onttrekking weer ongedaan te maken. Dat er in deze situatie geen sprake kan zijn van verkoop van de grond
of van uitgifte in erfpacht behoeft geen betoog.
Hoogachtend,
namens de Vrienden van de Amsterdamse Binnenstad,
J. Pinkse.
Amsterdam, 26 januari 2001