Boekbespreking

Een nieuw grachtenboek

SDU-Uitgeverij heeft een kloek, fraai uitgevoerd en rijk geïllustreerd boekwerk doen verschijnen, getiteld het Grachten boek. In zijn inleidende 'verantwoording' zet de redacteur Paul Spier uiteen wat de bedoeling was van de uitgever: "een gemakkelijk leesbaar overzicht van alle ingrediënten die de grachten van Amsterdam zo uniek maken".

Grachtenwand volgens Casper
Philips
Grachtenwand volgens Casper Philips

Dat betekent een combinatie van architectuurgeschiedenis en bewonersgeschiedenis, de twee invalshoeken, van waaruit - globaal ingedeeld - de omvangrijke, steeds groeiende litteratuur over de binnenstad is en wordt geschreven. Van de zes auteurs die elk een hoofdstuk hebben verzorgd, zijn er vijf kunst-, c.q. architectuurhistoricus. "In feite", zo constateert de redacteur, "is het Grachtenboek een bloemlezing geworden van meer dan honderd jaar geschiedschrijving van Amsterdams beroemdste woonwijk, de grachtengordel". Dat het boek daarom in tekst en illustratie een grote hoeveelheid wetenswaardigs bijeenbrengt, is al bij een vluchtig doorbladeren duidelijk, ook voor degenen die een Amsterdam-bibliotheek in huis hebben en bij de titel Grachtenboek aan Caspar Philips denken. Behalve de samenvatting van gegevens die men anders in vele boeken en tijdschriften moet opzoeken, heeft dit nieuwe grachtenboek het voordeel dat het verhaal doorloopt tot nu. Actualiteiten als de brand in Odeon in 1990 kon den nog met een plaatje worden gememoreerd.

Bijzonder waardevol - en vaak schrikwekkend! - is de volledige fotodocumentatie van de grachtengevelwanden naast de gravures van Caspar Philips. "Een vergelijking van twee eeuwen" heet dit alleen uit afbeeldingen bestaande laatste hoofdstuk.

Niemand kan ontkennen dat veranderingen in het stadsbeeld het onvermijdelijke gevolg zijn van veranderingen van sociale en economische aard; een levende stad kan nu eenmaal haar uiterlijk niet op een bepaald moment bevriezen. De vraag is alleen, welke veranderingen het stadsbeeld kan verdragen zonder zijn karakteristieke kwaliteit te verliezen. En dan blijkt dat de meeste veranderingen in de laatste honderd jaar geen bijdragen zijn tot verlevendiging, maar zonder meer verminkingen. Voor de historicus die het veranderingsproces op zichzelf bestudeert is dat een niet terzake doend oordeel: ook het lelijkste gebouw kan een interessant document zijn. Voor degenen die zich interesseren voor wat de grachtengordel tot grachtengordel maakt, en dat is, alle profeten van het eigentijdse accent ten spijt, toch altijd nog de van vóór 1800 daterende bebouwing, liggen de accenten anders: behouden gaat vóór vernieuwen of veranderen.

Het is daarom jammer dat het publiek, waarvoor de uitgave toch bestemd is, slechts een summier en zelfs onnauwkeurig beeld krijgt van de inspanningen om dat historische stadsbeeld in stand te houden. Zo was de strijd tegen het dempingsplan Reguliersgracht geen "eenmans-actie" van Jan Veth, maar van het Koninklijk Oudheidkundig Genootschap samen met het pas opgerichte Genootschap Amstelodamum, en is het oprichtingsjaar van de Bond Heemschut niet 1910, maar 1911.

Over het Bureau Monumentenzorg lezen wij: "het inventariseert de monumenten van Amsterdam en begeleidt restauraties ervan. De onbevooroordeelde houding van Monumentenzorg heeft echter minder effect dan wenselijk is omdat de gemeente de restauratie om financiële redenen liever overlaat aan het particulier initiatief". Wie enigszins op dit gebied thuis is, weet dat het de grote verdienste van het Bureau is geweest, overal in de oude stad particuliere restauratie-initiatieven te steunen met advies en subsidie, toen de planologen en de volkshuisvesters de woonfunctie daar nog als een aflopende zaak beschouwden. Over Stadsherstel staat er de zure opmerking dat deze in de voetsporen treedt van de hoofdinspecteur BWT Van Houten, aan wie de "twijfelachtige eer ten deel is gevallen" dat naar hem een categorie panden van vóór 1940 is genoemd, waarop oude toppen zijn herplaatst. Met afkeuring wordt melding gemaakt van architectuur-historische reconstructies: "men ging zelfs zover 19-de eeuwse en 20-ste eeuwse gebouwen te slopen en daarvoor in de plaats namaak 17-de of 18-de eeuwse panden op te trekken". Ter illustratie staan er foto's bij van Prinsengracht 562-564, "vóór de sloop en na de herbouw". De foto van de oude toestand moet van lang vóór de werkzaamheden dateren, want het hoekpand 564 was zwaar verzakt en heeft vele jaren dichtgetimmerd in de stutten gehangen. De buurman 562 bleek bij onderzoek 18-de eeuwse bouwmuren en balklagen te hebben, er stond echter een gevel, beter gezegd: een frontje voor uit de jaren twintig, bestaande uit hout, pleister op steengaas en plaatmateriaal, even lorrig als lelijk. Dat ondeugdelijke front is vervangen door een bij de constructie van het pand aansluitende gemetselde gevel, bekroond door een 18-de eeuwse gebeeldhouwde top die afkomstig is van een pand aan de Nieuwendijk, dat moest wijken voor de nieuwbouw van C. en A. Kortom: de in het stadsbeeld belangrijke hoek Prinsengracht-Spiegelgracht staat er weer gaaf, solide en goed bewoond bij, tot vreugde van de voorbijgangers. Deze restauratie/reconstructie is trouwens niet van Stadsherstel, maar van de stichting Aristoteles. Zo'n voorbeeld is kenmerkend voor de in Amsterdam sinds de jaren vijftig ontwikkelde restauratiepraktijk, maar ook voor het gehalte van het oordeel van architectuur-historici, die aan de hand van foto's oordelen, maar de problemen van het bouwwerk en de herbestemming niet kennen, en zich meer interesseren voor het veranderingsproces dan voor de monumentale waarde van het stedebouwkundig-architectonische ensemble, welke waarde door dat veranderingsproces in vele gevallen wordt aangetast.

Wie het nieuwe Grachtenboek voor de stevige prijs van f 245,- aanschaft, krijgt geen standaard- of naslagwerk in zijn boekenkast, maar een boeiend geïllustreerde bloemlezing van her en der bijeengesprokkelde gegevens, verhalen en anecdotes over Amsterdamse huizen en hun bewoners.

Geurt Brinkgreve

(Uit: Binnenstad 129/130, sep./okt. 1991)

Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.

Reacties

Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.

Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.