Om het museum met 600.000 bezoekers per jaar beter te laten functioneren werden de volgende aanpassingen nodig geacht:
Naar aanleiding van de verschillende varianten die waren uitgewerkt, bleek dat B. en W. een voorkeur
hadden voor een beperkte tuinvariant. Tijdens de behandeling in de Commissie voor ruimtelijke
ordening bleek tegen deze variant zowel bij de buurtbewoners als bij de deskundigen grote bezwaren te
bestaan.
Uiteindelijk is door de Commissie de voorkeur uitgesproken voor een plan, waarbij de Anne Frank
Stichting de gelegenheid zou worden geboden, uit te breiden op de plaats van het Studentenhuis op de
hoek van de Prinsengracht en de Westermarkt.
Hierdoor zou een aantal studentenkamers verloren gaan. Een deel zou kunnen worden gecompenseerd
doordat de Anne Frank Stichting het pand aan de Keizersgracht 192 en het pand Westermarkt 10 om
niet over zou dragen aan de Stichting Studentenhuisvesting.
Voordeel van dit voorstel was dat de binnentuinen niet zouden worden bebouwd, dat de kastanjeboom
zou worden gespaard en dat toch door nieuwbouw een betere "routing" in het complex zou kunnen
worden gerealiseerd. Het achterhuis naast 'het Achterhuis' zou bovendien kunnen worden gehandhaafd.
Het ontwerp van de hoek Prinsengracht-Westermarkt voor het Anne Frankhuis. |
Inmiddels zijn zowel in de Schoonheidscommissie als in de Amsterdamse Raad voor de
Monumentenzorg "eerste presentaties" gehouden van de nieuwe plannen. Positief werd ervaren dat niet alleen het
'Achterhuis', maar ook het voorhuis van het Anne Frankhuis, Prinsengracht 263, wordt gerestaureerd
en in de oorspronkelijke toestand, waarin het pand na de oorlog werd aangetroffen, wordt
teruggebracht. De indeling wordt, dankzij de beschikbaarheid van de tekeningen van het Architectenbureau
Rappange, weer zoals het was tijdens de oorlogsjaren.
Het pand Prinsengracht 265 wordt ook gerestaureerd en gaat dienen om het 'Achterhuis' te
bereiken. Tentoonstellingsmateriaal over het Dagboek en de geschiedenis zullen voor een deel hier worden
ondergebracht om het pand Prinsengracht 263 zoveel als mogelijk is, in de oorspronkelijke staat te
kunnen laten zien.
De nieuw voorgestelde invulling van het na sloop van het Studentenhuis beschikbare bouwterrein
vervult ons met zorg. De oorspronkelijke bebouwing bestond tot 1961, toen het Studentenhuis werd
gebouwd, uit een zestal panden, waarvan het hoekhuis het laagste was. Het hoekhuis had een kelder
met pothuis, stoepverdieping en eerste verdieping en daarop onder het schuine pannendak een
zoldertje. De gevel was gericht op de Prinsengracht. De zijgevel op de Westermarkt.
In de nieuwe gevelrij aan de Prinsengracht is weliswaar een parcellering aangebracht en is enigermate
rekening gehouden met de maatvoering van de Prinsengracht, maar de hoekgevel bestaat uit een
gesloten gevel, geheel zonder ramen. Daarnaast achter de tweede gevel vanaf de Westermarkt zijn twee
trappehuizen geprojecteerd. De trappehuizen worden verborgen achter een roosterachtige gevel, waar
als het ware een doorlopende horizontale 'Luxaflex' in is geconstrueerd. Het effect van de gesloten gevel
en de 'Luxaflex'-gevel naast elkaar doen afbreuk aan de stijl en de sfeer van de Prinsengracht.
Aan de Westermarkt is boven de koffiekamer c.q. mediatheek een twintigtal HAT-eenheden gedacht.
HAT-eenheden zijn bestemd voor de Huisvesting van Alleenstaanden en Tweepersoonshuishoudens
(HAT). Deze HAT-eenheden zijn voorzien van luiken die moeten dienen om de zon te weren. Het
effect van deze moderne luiken op de omgeving is mijns inziens twijfelachtig. De luiken zullen
misschien het ietwat rommelige karakter van de HAT-eenheden als ze in gebruik zijn, verhullen, maar
lijken mij meer uit het oogpunt van "design" dan uit functioneel oogpunt te zijn aangebracht.
Het is een tijdlang gebruikelijk geweest dat nieuwbouw zoveel mogelijk op moest vallen en moest
contrasteren. De architecten hebben hier gepoogd, een soort middenweg te vinden.
Tijdens de persconferentie bleek dat de gemeente Amsterdam al in een vroeg stadium heel duidelijke
eisen aan de nieuwbouw heeft gesteld. De nieuwbouw moest wat betreft stijl, schaal en kleur passen
in de omgeving.
De omgeving moest het uitgangspunt zijn bij de vormgeving. Het is de vraag, of het
Architectenbureau Benthem Crouwel hierin is geslaagd. Het bestemminsplan dat speciaal voor dit
bouwplan werd aangepast, liet meer bebouwing toe dan nu is gerealiseerd. Het uiterst ingewikkelde
programma van eisen bleek ter plekke te realiseren.
De Stedelijke Woningdienst van de Gemeente zal als bouwheer voor de nieuwbouw optreden. De
bouwtijd zal drie jaar zijn. De verouderde 96 studentenkamers zullen worden vervangen door 48
HAT-eenheden; 20 eenheden aan de Westermarkt en 28 worden er in de buurt gerealiseerd
(Prinsengracht 227). Tijdens de bespreking met de buurtbewoners zijn aanmerkingen gemaakt over de
aansluiting op de bestaande bebouwing. In juli zal het definitieve ontwerp worden gepresenteerd.
Voor de Anne Frank Stichting bedragen de kosten ongeveer 16,5 miljoen.
De helft voor de restauratie en de andere helft voor de nieuwbouw. Ongeveer 40 % van het benodigde
bedrag is inmiddels door fondsenwerving gedekt. De Studentenhuisvesting zal ongeveer 2 miljoen
kosten.
Met sloopkosten, bodemsanering, verhuiskosten en vervangende woonruimte zal het gehele
bouwproject ongeveer 25 miljoen gaan kosten. De karakteristieke lange rijen voor het Anne Frank
Huis zullen niet geheel verdwijnen, maar wel aanmerkelijk korter worden.
Frans Amende
(Uit: Binnenstad 152, juni 1995)
Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.
Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.
Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.