Sint Annenstraat 12 na restauratie |
In het vorige artikel hebben we aandacht besteed aan de vroeg-zeventiende eeuwse plafondschilderingen van Herengracht 150 (1). Deze beschilderingen zijn bij een recente restauratie ontdekt en vervolgens hersteld. Binnenkort worden de gerestaureerde plafondbeschilderingen van Sint Annenstraat 12, De Gulden Trip, uit 1565 door burgemeester Patijn feestelijk “onthuld”. Dit is het oudst bekende voorbeeld van plafondschilderingen in een woonhuis.
Het rijtje huisjes Sint Annenstraat 10-16 is onderdeel van het Blauwlakenblok dat er als gevolg van onmogelijke huurafspraken van voormalig wethouder Schaeffer nog altijd haveloos bij staat. De pandjes waren dichtgetimmerde ruïnes. Nummer 16 stond zelfs in bloei: de topgevel ging schuil achter struikgewas. Maar nummer 12 was uit architectonisch opzicht uniek: de gevel in de vroeg-renaissance stijl van Hans Vredeman de Vries staat in elk architectuurboek over Amsterdam. (2) De toestand van Sint Annenstraat 12 was zeer slecht; het werd in 1995 door Stadsherstel volledig herbouwd. (3) Op 18 mei 1995 werden de huisjes feestelijk in gebruik genomen.
Vloerdelen vóór restauratie (foto Bureau Monumentenzorg) |
Tijdens de restauratie (foto Stadsherstel) |
Tijdens de demontage op 9 april 1993 werden op de oude vloerplanken en balken zestiende eeuwse beschilderingen in vroege renaissancestijl aangetroffen: het oudste geschilderde plafond van Amsterdam. Ze verkeerden in een slechte staat; de planken waren ófwel verrot ófwel bedekt met een laag vuil en roet. In 1994 werden ze uit het pand verwijderd, waarna het bedrijf Rescura B.V. (4) uit Den Haag de opdracht kreeg ze te restaureren. Ondertussen groef stadsarcheoloog Jan Baart vijf plavuizenvloeren op, de oudste uit omstreeks 1380, de resten van één van de oudste stenen huizen van Amsterdam ooit gevonden. (5)
Sint Annenstraat 12 is het enige nog bestaande voorbeeld van een woonhuis met een rolornamenten-gevel in de vroeg-renaissance stijl van Hans Vredeman de Vries in Amsterdam. Vóór de herbouw door Stadsherstel was de topgevel nog slechts gedeeltelijk aanwezig. Het bovenste deel van de topgevel was versoberd met een klokvorm onder rollagen. Het zolderraam was naar beneden verlengd door een waterlijst heen. De beslissing de zestiende eeuwse topgevel te reconstrueren leidde tot enige discussie, omdat er geen gegevens over het bovenste deel van de topgevel beschikbaar waren. Maar de reconstructie van de oorspronkelijke toestand heeft een bevredigender resultaat opgeleverd dan het terugbrengen van de versoberde top zou hebben gedaan, zeker bij dit architectonisch zo belangrijke pand. (6) De rolornamenten werden aangevuld, terwijl de gevel werd afgesloten door een klein fronton afkomstig van de werf van Monumentenzorg.
Topgevel (foto uit Kok 1946) |
Topgevel gereconstrueerd door architect H. Rappange |
De gevel had twee friezen met in elk een mannen- en vrouwenkop. Bovendien had de onderste fries een gevelsteen met een klimmende leeuw. (7) De gevelstenen van de onderste fries verdwenen al in circa 1910 naar het Rijksmuseum. In de bovenste fries was de rechter-vrouwenkop nog aanwezig; de linker-mannenkop was helaas spoorloos verdwenen. Geurt Brinkgreve heeft een nieuwe mannenkop gehakt, terwijl van de gevelstenen van het Rijkmuseum replica’s werden gegoten.
Plafondschildering na restauratie |
Sint Annenstraat 12 heeft een houtskelet met zwanehalskorbelen en sleutelstukken met renaissance-motief (bij de herbouw teruggebracht). De beschilderingen waren aangebracht op de vloerdelen, de balken, de zwanehalskorbelen, de sleutelstukken en zelfs op de muurstijlen. De vroeg- renaissance beschilderingen zijn uitzonderlijk, in Amsterdam zelfs uniek. Ze bestaan uit slagwerk met sierlijke ranken en arabesken (bloemachtige voorstellingen). De kleuren waren geel en rood, de ranken zwart. Het geheel maakte een warme en bonte indruk (bepaald niet sober-calvinistisch). De beschilderingen lijken volgens kunsthistorici veel op de beschilderingen in Antwerpen uit de tweede helft van de zestiende eeuw, waarmee (opnieuw) is aangetoond dat Amsterdam in deze periode nauw verwant was met Antwerpen. (8) Pas tegen het einde van de zestiende eeuw, aan het begin van de Gouden Eeuw, zien we in Amsterdam een eigen stijl tot ontwikkeling komen.
In het plafond van het herbouwde pandje Sint Annenstraat 12 werden tijdens de restauratie zes balkvakken vrijgehouden voor de herplaatsing van een deel van de oorspronkelijke vloerdelen. Begin 1997 werden de beschilderingen in deze vakken teruggeplaatst. Het zijn de originele houten delen; voor 90 % is gebruik gemaakt van de oude planken. Een opmerkelijk resultaat voor wie zich de oude toestand nog kan herinneren.
Walther Schoonenberg
Voetnoten:
(1) Zie: Walther Schoonenberg, Herengracht 150-152, in:
Binnenstad 165, september 1997, blz. 60-61.
(2) Bijvoorbeeld: A.A. Kok, Amsterdamsche Woonhuizen, 1946, Amsterdam Architecture, A Guide,
Guus Kemme (ed.), 1987, H.J. Zantkuijl, Bouwen in Amsterdam, VVAB, 1993.
(3) Zie: Geurt Brinkgreve, Sint Annenstraat 12,
Binnenstad 137, december 1992, blz. 92-93.
(4) Zie: Jaarverslag Stadsherstel 1996, blz. 41.
(5) Zie: Jan Baart & Annemiek Teesing, 'Demontage van het oudste huis', Ons Amsterdam, 46ste jaargang, nr. 3, blz. 75-79
(6) Zie: Binnenstad 137, december 1992, blz. 92-93.
(7) Het is niet uitgesloten dat de bovenste fries in het midden een jaartalsteen had. Deze steen is waarschijnlijk bij het verlagen van het zolderraam verdwenen. Misschien een idee om hier een nieuwe
steen te plaatsen met de jaartallen 1565 en 1995 ?
(8) Zie: Annemiek Teesing, Sint Annenstraat 12, in: Binnenstad 148, oktober 1994, blz. 70-71.
(Uit: Binnenstad 168, januari 1998)
Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.
Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.
Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.