Zij hebben elk
een ton betaald voor een parkeerplaats die zij niet mogen gebruiken en eisen vernietiging van het
vonnis van de rechtbank. In hun beroepschrift dat ons door de Raad van State met verzoek om een reactie
werd toegezonden, komen we de passage tegen: "De inrichting van het binnenterrein blijft hetzelfde, het
is niet zo dat er een stukje keurtuin opeens wordt weggehaald. Die keurtuin was er niet en is er niet, er
was en blijft een bestraat stuk grond met parkeerplaatsen. Ook het aantal parkeerplaatsen blijft
identiek."
De advocaat die dit stuk opstelde, schijnt niet te (willen) begrijpen dat het woord "keurtuin" niet
betekent dat het hier om een keurig beplante tuin zou gaan, maar dat het gaat om de open erven in de
huizenblokken van de grachtengordel die volgens oude, nooit ingetrokken bepalingen moeten worden
aangelegd en onderhouden als tuinen. In de periode 1900-1964 is daar nogal eens de hand mee gelicht
met illegale of gedoogde bedrijfsbebouwing en parkeergelegenheid, maar bij bestemmingswijziging
van de huizen wordt het voorschrift weer van kracht. In dat geval gaat het om een keurblok met
een belangrijke historische achtergrond (zie het artikel van dr. Pieter Fischer over
de lusttuin van Cromhout).
De stelling van deze appellanten zou tot de consequentie leiden dat van overheidswege
vastgestelde bestemmingsbepalingen niet meer bestaan, zodra een eigenaar baat heeft bij een verkeerd
gebruik. Dan krijgen de terugtredende overheid en het marktbeginsel toch wel een heel vals paars
kleurtje!
Geurt Brinkgreve
(Uit: Binnenstad 172, sept. 1998.)
Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.
Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.
Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.