Op vrijdagochtend 9 uur plaatste wethouder Guusje ter Horst er zelf ook één en hield zij een toespraakje. In totaal zullen er twintig kroonlantaarns op de Westermarkt worden geplaatst (de laatste zeven worden geplaatst aan de oostzijde, zodra de nieuwbouw van het Anne Frank huis gereed is). De vierkante lantaarns met keizerskroontje zijn in Duitsland gemaakt aan de hand van gedetailleerde tekeningen van het Bureau Monumentenzorg. Het is een belangrijk historisch feit: de oorspronkelijke “grachtenlantaarn”, die veelvuldig te zien is op oude foto’s van Jacob Olie en G.H. Breitner, is in het straatbeeld teruggekeerd. Daarmee heeft onze kampanje voor de terugkeer van de kroonlantaarn in de Amsterdamse binnenstad een belangrijk eerste resultaat bereikt.
De kroonlantaarn was oorspronkelijk gasverlichting. Rond 1880 zocht elke stad naar een eigen type lantaarnpaal. Amsterdam spande letterlijk en figuurlijk de kroon toen aan grachten en straten de zogenaamde kroonlantaarn werd geplaatst. Deze bestond uit een ronde paal met een zware ronde sokkel met daarbovenop een sierlijke vierkante lantaarn met een palmetkrans en een keizerskroontje. De paal is met zijn meegegoten eikenloof en kwastjes een prachtig voorbeeld van een negentiende eeuwse lantaarnpaal.
Deze lantaarnpaal is nog volop in het straatbeeld aanwezig: het is de bekende Amsterdamse lantaarnpaal, waarvan er in de binnenstad circa 3000 staan. Op de lantaarnpalen uit 1883 zit sinds 1975 een goedkoop kunststof kapje. Het is een typische jaren zeventig-verarming, niet alleen wat vormgeving en uitvoering betreft maar ook de kleur van het licht zelf: tegen de introductie van het oranje-gele licht werd destijds krachtig geprotesteerd.
De oorspronkelijke bekroning van de lantaarnpaal anno 1883 bestond dus uit een vierkante lantaarn met keizerskroon. De kroon staat op het stadswapen en sinds 1638 ook bovenop de in 1638 door Hendrick de Keyser ontworpen Westertoren. Tegenwoordig zegt de keizerskroon ons misschien weinig, maar vroeger was men er trots op; het was een teken van uitverkiezing boven de andere steden. We hebben de kroon te danken aan Maximiliaan van Oostenrijk (1459-1519), die van 1482 tot 1493 regent was over de Bourgondische Nederlanden voor zijn zoon Filips de Schone. Maximiliaan reisde veel naar de Nederlanden, om recht te spreken, maar vooral om belasting te innen. In 1482, op zijn eerste reis naar de Nederlanden, werd hij ernstig ziek en beloofde hij na herstel een bedevaart naar de Heilige Stede (de latere Nieuwzijds Kapel) in Amsterdam te maken. Deze voor de geschiedenis van Amsterdam zo belangrijke kerk werd in 1908 gesloopt. De kerk lag aan de Kalverstraat en Rokin tussen de Enge en Wijde Kapelsteeg; de jaarlijkse Stille Omgang komt er langs. Maximiliaan werd beter en vorstelijk ontvangen in Amsterdam, waar hij een bezoek bracht aan de Heilige Stede. Volgens de overlevering schonk Maximiliaan op 11 februari 1489 als dank voor zijn herstel Amsterdam het recht zijn kroon op het stadswapen te voeren, maar het is waarschijnlijker dat de Amsterdammers ervoor betaald hebben. Toen Maximiliaan in 1508 Rooms-Keizer werd, eigenden de Amsterdammer zich de keizerskroon toe, maar dat is niet de kroon die sinds 1638 op de Westertoren staat. Dat is de kroon die keizer Rudolf II (1552-1612) in 1602 had laten maken. De Amsterdammers namen deze kroon als voorbeeld, omdat de kroon van Maximiliaan niet meer bestond. Amsterdam was toen al lang een machtige handelsstad in een inmiddels protestant land, dat in 1648 bij de vrede van Münster ook formeel het Heilige Roomse Rijk zou verlaten. Toen Rudolf II de kroon van het Heilige Roomse Rijk een nieuwe vorm liet geven, haastte Amsterdam zich ook die nieuwe versie te gaan voeren. De kroon is nog steeds te bewonderen, in de schatkamer van de Alte Hofburg in Wenen.
Amsterdam is de stad onder de keizerskroon. Om dat te onderstrepen stonden na 1883 alle straten en grachten vol met keizerskronen, namelijk op de lantaarnpalen verlicht door gaslicht. Hoe mooi de kroonlantaarn zich in het stadsbeeld voegde is te zien op de foto’s van Jacob Olie en George Hendrik Breitner. Kennelijk was de laatste een liefhebber van de lantaarn, want op bijna al zijn foto’s staat een kroonlantaarn. Op de zwart-wit foto’s is niet te zien in welke kleuren de lantaarn was geschilderd. De paal was van gietijzer en de lantaarn van koper, maar werden in dezelfde kleur geschilderd, min of meer dezelfde kleur die de lantaarnpalen nog steeds hebben. Alleen het keizerskroontje was op sommige exemplaren in verschillende kleuren geschilderd. In een kleurenonderzoek van het Bureau Monumentenzorg zijn de kleuren dodekop-rood voor de hoed, goud voor het kruis, bol en biezen en parelgrijs voor de parels aangetroffen. De kleur van de hoed was dus rood en dat is merkwaardig, want de oorspronkelijke kleur op de Westertoren was blauw. Dit is te zien op diverse oude prenten (zoals de ingekleurde tekening van H.P. Schouten, De Bloemstraat met de Westertoren, uit 1778), maar ook op diverse gevelstenen in de stad (zoals de steen op de gevel van het Amsterdams Historisch Museum aan de Nieuwezijds Voorburgwal). De huidige goudgele kleur van de keizerskroon op de Westertoren dateert oervigens nog maar pas uit 1988. Opvallend is dat de keizerskroon op het wapen halverwege de Westertoren wel blauw geschilderd is.
Het is toepasselijk dat de kroonlantaarn juist op de Westermarkt in het Amsterdamse straatbeeld is teruggekeerd, als een verwijzing naar de kroon op de Westertoren. Dat is dan ook de bedoeling geweest van Simon Sprietsma, de ontwerper van de Westermarkt. Maar moet het daarbij blijven? In Den Haag is onlangs besloten de negentiende-eeuwse verlichting terug te brengen, in navolging van eerdere voorbeelden in Alkmaar en Leiden. Ook in Amsterdam wordt de roep om historische lantaarns steeds luider. De herinrichting van het Spui heeft een aanzet gegeven voor een discussie over het historische model dat in Amsterdam thuishoort. Een goed restauratieprincipe luidt dat reconstructie van hetgeen ooit heeft bestaan en waarover men informatie heeft, de voorkeur verdient boven fantasie. Dat principe kan ook worden toegepast op historische lantaarns. De meest authentiek-Amsterdamse lantaarn is de kroonlantaarn, de bekroning van de gietijzeren lantaarnpalen uit 1883 die immers nog overal langs de grachten staan. Er zullen trouwens zeker veranderingen plaatsvinden aan de grachtenlantaarn, want de kunststof kapjes zijn aan vervanging toe en Energie Noordwest wil van de gelegenheid gebruik maken de oude natriumlampen te vervangen door hogedruk-natriumlampen. De nieuwe lampen zijn energiezuinig, hebben een langere levensduur en geven een witter licht. Er is dus nu een historische kans de kroonlantaarn in Amsterdam op de grachten op alle bestaande lantaarnpalen model 1883 terug te brengen.
Walther Schoonenberg
(Uit: Binnenstad 174, jan./feb. 1999)
Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.
Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.
Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.