Vorig jaar zijn wij in samenwerking met de Vrienden van de Binnenstad een actie
gestart om de originele kroonlantaarns weer terug in de binnenstad te krijgen.
Op de gietijzeren palen van 1883 die nog overal in de binnenstad te zien zijn,
hoort de kroonlantaarn, een tweeëenheid, een ontwerp. Daar horen dus niet de
lelijke plastic kapjes die er nu op staan, noch een of ander in elkaar
geknutseld tuincentrummodel.
Walther Schoonenberg, de energieke Voorzitter van Vrienden van de Binnenstad en
ik hebben hiervoor een comité opgezet: het Kroonlantaarncomité.
In october, vorig jaar op de ontvangst van de Stichting Heijmeijer van Heemstede
bij Monumentenzorg, werd mede door het enthousiasme van Jos Brink een
succesvolle start gemaakt met de opening van de website
www.kroonlantaarn.nl.
Het resultaat is dat na de plaatsing op de Westermarkt er nu ook kroonlantaarns
staan op de Heerenmarkt en is er een proefplaatsing op de Prinsengracht.
Met de plaatsing op de Falckstraat zijn wij iets minder gelukkig, daar er een
parkje is gecreëerd met daarin de kroonlantaarns, terwijl het water van de
Achtergracht daar weer zou moeten worden teruggebracht.
Dit zelfde geld voor dichtgemaakte grachten als de Palmgracht en andere grachten
van de Jordaan en het stukje Lijnbaansgracht bij de Citybioscoop.
Nu zitten de mensen daar op terrassen te kijken naar fietsenrekken, vuilnis en
een parkje met belachelijke leguanen!
Terwijl ook daar het water heel gemakkelijk zou kunnen worden teruggebracht, wat
een enorme verbetering en verfraaiing van dat stukje binnenstad zou zijn.
Ons Kroonlantaarncomité heeft de gemeente inmiddels een verantwoord totaalplan
gepresenteerd voor een fraaie historisch juiste verlichting in de binnenstad.
Wij pleiten voor een verlichting die voldoende is i.v.m. de veiligheid, die een
mooi duidelijk licht geeft zonder vertekenend te zijn of te schel licht geeft,
maar ook zouden wij graag zien dat niet alle gebouwen in floodlight worden gezet
of nog erger de bruggen, die met kermislampjes zijn versierd. Onze stad is geen
Efteling, ook geen museum maar een levende stad, waarin de monumenten hun
nachtrust gegund moeten worden.
Uiteraard beschenen door de fraaie Kroonlantaarns!
Het huidige gemeentebestuur ziet ook het enorme belang van een goed onderhouden
binnenstad in, die ons visitekaartje behoort te zijn.
Echter werd ik kortgeleden attent gemaakt door een journalist die tot zijn
stomme verbazing de volgende tekst in een gemeentelijk rapport las.
Ik citeer: "Een welvarend mooi, schoon en veilig Amsterdam is niet iets om na te
streven. Dat zijn slechts de traditionele waarden van de conservatieve elite in
Europa. De stad moet met deze traditie breken"!
Wie deze baarlijke onzin heeft geschreven, weet ik niet noch hoe het mogelijk is
dat dit in een gemeentelijk rapport terecht komt.
Tenslotte komt de tourist de schoonheid van Amsterdam bekijken in deze
binnenstad en niet in Buitenveldert, Osdorp of de Bijlmer.
Er zal in ieder geval een einde moeten komen aan het gedoogbeleid, zoals Wim
Kok, helaas pas bij zijn afscheid, zei.
De regels die er tenslotte niet voor niets zijn moeten eindelijk worden
gehandhaafd, wat de verfraaiing van de stad absoluut ten goede zal komen.
Het gebruik van het woord 'gedogen', zou niet meer gedoogd moeten worden.
Wij moeten, de gemeente, de bewoners en alle stichtingen en verenigingen, een
dam op werpen tegen de enorme verloedering en vervuiling in onze hoofdstad, niet
alleen voor een fraaier stadsbeeld, maar vooral voor het welzijn van ons allen.
Het aantal prijzen voor bijzondere prestaties op cultureel gebied zijn meer dan
talrijk. Er zijn prijzen voor muziek, literatuur, toneel, cabaret en voor
wetenschappelijke prestaties.
De Stichting HvH wil aan die overdaad toch nog een prijs toevoegen op een
werkterrein, waarvan enerzijds de betekenis zo groot wordt geacht dat het
expliciet door wettelijke bepalingen wordt beschermd, maar anderzijds zo veel
omvattend is en zozeer afhankelijk van externe factoren en wisselende
interpretaties, dat het in de dagelijkse praktijk vaak (moedwillig) over het
hoofd wordt gezien.
Wij bedoelen hiermee het, sinds 29 januari 1999 beschermde stadsgezicht van
Amsterdam.
In deze 800 ha omvattende oude stad staan circa 20.000 woonhuizen, waarvan ongeveer
een derde bestaat uit door Rijk en Gemeente beschermde monumenten.
Dit monumentale en beschermde ensemble is de reden geweest tot de instelling van
de Stadsbeeldprijs Amsterdam van de Stichting Heijmeijer van Heemstede.
Deze stadsbeeldprijs wordt niet frequenter dan eens per drie jaar uitgereikt
aan diegene die zich op uitzonderlijke wijze heeft ingezet en bijgedragen aan de
instandhouding, herstel of versterking van het historisch stadsbeeld.
De prijs bestaat uit een geldbedrag van f 10.000,- waarvan het bestuur graag zou
zien dat dit ook de verfraaiing van Amsterdam weer ten goede komt. Verder een
oorkonde en een bronzen penning op standaard. Deze penning is gemaakt door een
bekende beeldhouwer-medailleur en de spil in de strijd voor het behoud van
Amsterdam.
De voorzijde van de penning toont het profielportret van de heer Henk Zantkuyl,
met in het randschrift "Henk Zantkuyl monumenten-zorger van Amsterdam", de
keerzijde Zantkuyl's oog in brilmontuur tussen passer en schietlood, omgeven
door een ornamentrand met de tekst "oculo experto arcana patent"; voor zijn
ervaren oog liggen de geheimen open.
Zo is de stadsbeeldprijs bij elke toekenning tevens een hulde aan
de heer Zantkuyl die oa in zijn functie als hoofdarchitect van Bureau
Monumentenzorg, de inspirerende en bij uitstek deskundige leidsman is geweest
bij de restauratie van de Amsterdamse woonhuis-monumenten.
Bekend is ook het prachtige naslagwerk
Bouwen in Amsterdam.
Alvorens wij tot de uitreiking van de Stadsbeeldprijzen overgaan, wil ik
iedereen hartelijk danken voor de belangstelling gedurende het afgelopen jaar
voor de Stichting Heijmeijer van Heemstede, maar vooral wil ik diegene danken
die onze Stichting met een financiële bijdrage hebben gesteund. Voor een
beginnende stichting met een fonds in opbouw is uw gift van harte welkom.
Heel heel hartelijk dank!
De Amsterdamse stadsbeeldprijs 2001 van de Stichting Heijmeijer van Heemstede
wordt vandaag voor het eerst uitgereikt en het bestuur heeft gekozen voor de
gevelsteen, een typisch Nederlands fenomeen. Het in natuursteen gehakte reliëf
met een voorstelling en vaak ook een tekst, die totdat in 1795 de huisnummering
werden ingevoerd, dienst deden als adresaanduiding.
Zij vertellen een verhaal over de eigenaar, zijn beroep, zijn geloof, zijn
afkomst.
Een kenner bij uitstek is de heer Onno Boers, de actieve secretaris van de
Vereniging Vrienden van de Amsterdamse Gevelstenen.
Een vereniging die dit jaar overigens precies 10 jaar bestaat.
Onno Boers, de beschermer, die zich inzet voor de restauratie en herplaatsing
van vele oude gevelstenen.
Naast Onno Boers moet ook de naam worden genoemd van de beeldhouwer Hans 't
Mannetje, die het bedenken, ontwerpen en hakken van gevelstenen weer tot leven
heeft gewekt, als een tak van hedendaags kunstambacht.
Dit vereist handwerkelijk vakmanschap, creatieve fantasie en kennis van
emblematiek.
De liquidatie van het door hem opgerichte restauratie atelier Uylenburg is een
zwarte bladzijde in de geschiedenis van de Amsterdamse Monumentenzorg.
De geschiedenis gaat echter verder. Hans 't Mannetje heeft nu een bloeiende
gevelstenen practijk in Zutphen.
De gevelsteen leeft weer in Amsterdam en elders in Nederland.
Verleden week is er nog een prachtige gevelsteen onthuld van een vergulde kater
op Leidsegracht 97. Zoals Jos Otten dat noemt, een krul aan de stad.
Een voorbeeld wat gevolgd mag worden.
Gezien de grote kwaliteit van beiden heren hebben wij als bestuur gemeend de Stadsbeeldprijs 2001 niet een gedeelde prijs te laten zijn, maar hen beiden ieder afzonderlijk deze prijs toe te kennen, als blijk van onze waardering voor wat zij hebben bijgedragen aan verrijking en verlevendiging van het historisch stadsbeeld.
Dorothy Beynes-Heijmeijer van Heemstede
voorzitter Stichting Heijmeijer van Heemstede