Woord en weerwoord

Brievenbussen

In Binnenstad 220 vroeg Herman Pinkse zich af of het bestuur er wel wijs aan heeft gedaan om de komst van de nieuwe oranje brievenbussen bij de politiek aan de orde te stellen. Vooral onze verwijzing naar de historische brievenbus van het Centraal Station vond hij merkwaardig.
Brievenbus op de Keizersgracht aan het water

Laat ik voorop stellen dat het bestuur altijd goed luistert naar kritiek, zeker als die van Herman Pinkse komt, want zijn staat van dienst is groot en inderdaad schieten wij soms in ons ongeduld én enthousiasme wel eens door. Herman is precies het klankbord dat een vereniging als de onze nodig heeft. Met enige schroom schrijf ik daarom deze reactie, maar aangezien de discussie in alle openbaarheid gevoerd wordt, is een reactie van de kant van het bestuur onvermijdelijk, al is het alleen maar omdat wij over dit onderwerp in een discussie met het stadsdeel zijn verwikkeld.
Wat betreft het voorstel om in de binnenstad historische brievenbussen te plaatsen, bijvoorbeeld het model dat men kan vinden op perron 1 van het Centraal Station, geef ik toe dat het bestuur hier niet goed over heeft nagedacht. De opmerking is in de brief terecht gekomen, zonder te controleren hoe deze brievenbus er feitelijk uitziet. Het blijkt inderdaad een groot en onpraktisch ding te zijn – absoluut ongeschikt als alternatief voor de nieuwe brievenbussen.
Maar de opmerking in onze brief moet in een context worden gelezen. Wat wij bedoelden is een principieel punt: waarom zou in een historische binnenstad per se een opzichtige moderne brievenbus moeten worden geplaatst op in het oog vallende plaatsen, zoals op de brugvleugels langs de grachten? Is het in een historische binnenstad niet vanzelfsprekender om een wat minder opvallende kleur te kiezen en wat minder opvallende plaatsen, bijvoorbeeld tegen de gevels, zoals tot voor enkele jaren het geval was? Moet het commerciële belang van een voormalig staatsbedrijf prevaleren, met het risico dat diens concurrenten, eveneens zonder bouwvergunning, straks allemaal een zelfde strategie kiezen? Wie heeft eigenlijk de regie in de openbare ruimte?
De brief die wij aan het postbedrijf stuurden, leverde niets op. Onze briefwisseling met het stadsdeelbestuur heeft echter wel een belangrijk resultaat opgeleverd. Zo kregen wij de verzekering dat de plaatsing van brievenbussen vergunningplichtig is en voortaan ook als zodanig zal worden behandeld.
Herman Pinkse overdrijft mijns inziens wanneer hij de discussie over de nieuwe brievenbussen verbindt met de vraag of wij het normale veranderingsproces van de stad kunnen tegenhouden. De premisse van deze stelling – dat verandering de meest kenmerkende eigenschap is van een stad – is zeker een fundamenteel punt. Wat betreft de binnenstad waag ik daarover van mening te verschillen. Haar meest kenmerkende eigenschap is naar mijn mening de voortdurende poging nieuwe functies binnen de bestaande bebouwing een plaats te geven. Zo heeft nieuwbouw zich eeuwenlang aangepast aan de stedenbouwkundige structuur en architectuur die in de zeventiende eeuw haar stempel op de stad heeft gedrukt. De meeste nieuwbouw sinds 1850 is zelfs historiserend van karakter. Dat is bijvoorbeeld gebleken uit het onderzoek naar de jonge architectuur uit de periode 1850-1940. Pas na 1945 dreigt het Modernisme daarin verandering te brengen. Gelukkig is dit in Amsterdam niet echt gelukt, want ook in de tweede helft van de twintigste eeuw is de meeste nieuwbouw aangepast aan zijn omgeving, al zou je dat soms niet zeggen als je enkele smaakmakende ‘eigentijdse’ gebouwen uit die periode beziet. Enkele dissonanten vallen doorgaans meer op dan talloze bouwwerken die zich wel in de omgeving voegen. Tegenwoordig is aangepast bouwen echter weer helemaal in. Als er dus een rode draad door de geschiedenis van de binnenstad loopt dan is het dat men voortdurend probeert het normale veranderingsproces zodanig in te passen dat het karakteristieke stadsgezicht geen geweld wordt aangedaan. De vraag is dan waarom een postbedrijf die traditie wel met voeten mag treden?

Walther Schoonenberg

Meer lezen:
[Dit gaat niet over brievenbussen] (Herman Pinkse) (Binnenstad 223)
[Reactie] (Walther Schoonenberg) (Binnenstad 222)
[Woord en weerwoord] (Herman Pinkse) (Binnenstad 220)
[Oranje brievenbussen?] (Walther Schoonenberg) (Binnenstad 218)

(Uit: Binnenstad 222, juli 2007)

Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.

Reacties

Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.

Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.