Amsterdamse gevelstenen

Gevelsteen met een ram
Gedempte Begijnensloot 15

Vóór restauratie Na restauratie

In mei 2009 konden we de eigenaar van het pand Gedempte Begijnensloot 15 ervan overtuigen dat de gevelsteen in zijn zijgevel, met een naar rechts gaande ram, hoognodig een schoonmaakbeurt nodig had. In mijn gevelstenenboek noemde ik het beestje nog een schaap maar bij nadere beschouwing bleek het duidelijk een ram. Afschilferende oude verflagen, vooral op de achtergrond, maakten een slordige, grauwe en verwaarloosde indruk. Wil Abels heeft ervoor gezorgd dat de ram weer duidelijk en wollig is. Opmerkelijk aan het eenvoudige reliëf is dat de onderrand bewerkt is als het begroeide grondje waar de ram op staat.

Gevelsteen met een zeilende driemaster
Kromme Waal 17

Na restauratie

Toen de bewoonster van Kromme Waal 17 het prachtig gerestaureerde steentje met de boeier in de zijgevel van Kromme Waal hoek Binnen Bantammerstraat zag (zie Binnenstad 230), nam ze kontact op met de VVAG. In het najaar van 2008 zou haar pand in de steigers komen te staan voor een schilderbeurt en ze vroeg of wij – Wil Abels dus – haar gevelsteen konden aanpakken. In de loop der jaren was het reliëf menigmaal beschilderd, maar deze verflagen waren nu flink aan het afbrokkelen. De gevelsteen ziet er nu weer prachtig en helder leesbaar uit. Duidelijk is te zien dat rechts op een duin of rots een stevige toren staat met een uithangende vuurkorf waar de vlammen uitslaan. Een vergelijkbare voorstelling – de toren is hier een burcht – is te zien op Oudezijds Achterburgwal 52/54. Het onderschrift van deze steen, GOD IS MYN BURGH, zou ook gestaan kunnen hebben onder de gerestaureerde steen op de Kromme Waal. Deze tekst is een samenvatting van Psalm 18, vers 3, ‘De Heere is mijn steenrots en mijn burcht, mijn rots op welke ik betrouw’, en getuigt van een sterk godsvertrouwen.

Gevelsteen DE MEERMIN
Handboogstraat (achterzijde U.B.)

Vóór restauratie Na restauratie

Toen Wil Abels bezig was met de acht gevelstenen op het Begijnhof (zie Binnenstad 231) stak hij af en toe even het Spui over naar de Handboogstraat. Daar zit, ons inziens te hoog, op een onopvallende plek in een zijmuur van een uitbreiding van de Universiteits Bibliotheek een fraai steentje met een zeemeermin. Met haar lange geschubde staart dobbert ze op de golven. In haar linkerhand houdt ze een spiegel terwijl ze met haar andere hand haar lange lokken kamt.

Het reliëf is afkomstig van Handboogstraat 16, een pandje uit het midden van de zeventiende eeuw dat in 1928 moest wijken voor een uitbreiding van de U.B. Door kalkaanslag en algenbegroeiing zag de meermin er erbarmelijk uit. Wie nu in de Handboogstraat omhoog kijkt, ziet een vrolijke, wulpse en enigszins aan anorexia lijdende zeemeermin.

Onno Boers

Foto’s: Pancras van der Vlist

(Uit: Binnenstad 236, oktober 2009)

Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.

Reacties

Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.

Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.