Amsterdamse gevelstenen

INT STAPEL WEBBEN

Sint Annendwarsstraat 1

Al in 1624, in de oudste bewaard gebleven koop-/verkoopakte, wanneer Frederick ten Bergh een huis en erf in de St. Annendwarsstraat verkoopt, wordt dit pand omschreven als 'waar 't Stapel Webben uithangt'. Het is aannemelijk dat koper Dirck Harmansz, van beroep linnenlakenpakker, het uithangbord vervangen heeft door de gevelsteen, die er nu nog zit.
Vóór restauratie Na restauratie

Een linnenlakenpakker was een schakel in de belangrijke Amsterdamse linnenindustrie. In 1555, toen er door de overheid een markt voor garen en linnen werd ingesteld, werd bepaald dat het 'linnenlaken zoo bij de webbe als bij de elle werd verkocht'. Een webbe telde 75 ellen (1 el = 68 cm) en had dus een lengte van ruim 50 meter. Het weefsel werd na een speciale behandeling toegeslagen en tot een platte rol geperst, klaar voor verzending. Op de gevelsteen zijn de touwtjes waarmee de rol werd samengebonden duidelijk weergegeven. In 1645, Dirck Harmansz was het jaar daarvoor overleden, hebben zijn erfgenamen het huis en erf in de St. Annendwarsstraat verkocht. Ook hier wordt in de koop-/verkoopakte de huisnaam 'Het Stapel Webben' uitdrukkelijk genoemd. De nieuwe eigenaar, voor een bedrag van fl. 7308,- wordt Arent Ram, zoon en kleinzoon van kleermakers. Na zijn dood in 1657 - hij werd op 11 augustus vanuit zijn huis in de Warmoesstraat begraven en woonde dus niet in de St. Annendwarsstraat - , kwam het INT STAPEL WEBBEN pand via vererving en verkoop in eigendom van Jacobus Lecandelen, medicinale doctor van professie.

Sint Annendwarsstraat 1 staat helemaal rechts op de foto's.

Na diens overlijden in 1689 vererft het pand op zijn zes kinderen. De overdracht en de verdere afhandeling is een ingewikkeld verhaal. Behalve het huis in de St. Annendwarsstraat, waar 'Int Stapel Webben' in de gevel staat, geschat op fl. 3000,-, zijn er veel obligaties. De totale waarde van de boedel wordt geschat op fl. 29.721,12. Vier kinderen krijgen elk een kwart van het huis toebedeeld. In 1791 verkopen de nazaten van deze kinderen het pand en wordt Pieter ten Vrenegoor, spekslager van beroep, de nieuwe eigenaar. Zijn vader Cornelis was kennelijk al huurder van het pand want in het Register van de Personele Quotisatie van 1742 wordt zijn weduwe als bewoner genoemd, met een inkomen van 1000 guldens, een huur van 250 guldens en één dienstbode.

De gevelsteen

Op de goed bewaarde gevelsteen zijn twee dozijn webben afgebeeld, keurig gestapeld en met touwtjes dichtgebonden. De steen bevindt zich juist boven de puilijst van de drie-venstersbrede klokgevel. Opvallend is dat de tekst, 'INT STAPEL WEBBEN', geplaatst is op een sierlijk geplooid lint langs de onderrand. Toen de gevel in de zomer van 2015 een schilderbeurt kreeg, deed de eigenaar van het pand aan de VVAG het verzoek om de gevelsteen te reinigen en in de aangetroffen kleuren te polychromeren. In september kon Wil Abels er aan de gang en het resultaat mag er zijn.

Onno Boers, met dank aan Hans Brandenburg voor het huisonderzoek

Foto's: Frank Lucas

(Uit: Binnenstad 274, januari/februari 2016)

Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.

Reacties

Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.

Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.