Derde Weteringdwarsstraat 1

Zienswijze

Aan het Dagelijks Bestuur van het
stadsdeel Amsterdam-Centrum
Postbus 202
1000 AE Amsterdam

Geacht bestuur,

Van 28 maart tot en met 10 april 2002 ligt een bouwaanvrage voor het perceel Derde Weteringdwarsstraat 1 ter inzage. Namens de Vereniging Vrienden van de Amsterdamse Binnenstad deel ik u mede dat wij met betrekking tot dit plan op een onderdeel een kanttekening willen maken. Een machtiging van de vereniging voeg ik bij.
Vooropgesteld zij dat wij met de renovatie van het betreffende pand buitengewoon blij zijn. Er valt in dit gedeelte van de straat veel op te knappen en dit plan is daar een belangrijke aanzet voor. Het gaat om een pand dat is ingedeeld in orde twee en dat in een zeer slechte staat verkeert. De kap zal moeten worden vervangen en krijgt in dit plan daarbij een nieuwe vorm. Dat lijkt ons aan de straatzijde geen probleem.
Aan de achterzijde wordt een dakterras gemaakt. Daarvoor hebben wij begrip. Of de privacy van de omwonenden niet in onevenredige mate wordt aangetast kunnen wij niet beoordelen, maar dat is uiteraard een punt van bestuurlijke afweging.
Wij menen echter in ieder geval een vraagteken te moeten plaatsen bij de manier, waarop het dakterras wordt ontsloten. In het ontwerp gebeurt dat door het aanbrengen van een dakkapel op vlieringniveau, die aangrijpt in de nok van de kap. Dat is een constructie die in het algemeen niet aanvaardbaar wordt geacht en die ook hier moeilijk anders dan als een aantasting van het daklandschap kan worden gezien.
Als een dakterras uit andere overwegingen toelaatbaar is dient het naar ons oordeel wel op een andere dan de voorgestelde manier te worden ontsloten, b.v. door middel van een kajuitluik of een dakluik.
Wij geven u in overweging een dergelijke wijziging in het bouwplan - dat wij overigens graag uitgevoerd zouden zien - te bevorderen.

Hoogachtend,
namens de Vrienden van de Amsterdamse Binnenstad,

J. Pinkse.

Amsterdam, 1 april 2002